20131216_Slechts-ten-aanzien-van-SIGINT-is-toezicht-kapot_kst-33750-VII-39.pdf

(38 KB) Pobierz
Tweede Kamer der Staten-Generaal
2
Vergaderjaar 2013–2014
33 750
VII
Vaststelling van de begrotingsstaten van het
Ministerie van Binnenlandse Zaken en
Koninkrijksrelaties (VII) voor het jaar 2014
Nr. 39
BRIEF VAN DE MINISTER VAN BINNENLANDSE ZAKEN EN
KONINKRIJKSRELATIES
Aan de Voorzitter van de Tweede Kamer der Staten-Generaal
Den Haag, 16 december 2013
Met deze brief reageer ik op de motie nr. 28 van het lid Schouw c.s.
(Kamerstuk 33 750 VII, nr. 28) en motie nr. 30 van het lid Segers c.s.
(Kamerstuk 33 750 VII, nr. 30).
Motie nr. 28 bestaat uit twee verzoeken. In het eerste deel van de motie
wordt de regering verzocht de CTIVD opdracht te geven in volgende
rapportages een precies oordeel te vellen over de rechtmatigheid van de
informatiewinning van de AIVD en de MIVD, en de nodige maatregelen te
treffen om dat oordeel mogelijk te maken.
Allereerst merk ik op dat de CTIVD altijd een oordeel velt over de
rechtmatigheid van de informatiewinning door de AIVD en de MIVD.
Slechts ten aanzien van de selectie van sigint (art. 27 lid 3 sub a en b Wiv
2002) heeft de CTIVD aangegeven geen oordeel te kunnen geven
1
.
De regering hecht er, evenals de Kamer, zeer aan dat de CTIVD ook tot een
rechtmatigheidsoordeel kan komen over de selectie van sigint. Op dit vlak
zijn en worden maatregelen getroffen. Deze zijn erop gericht de CTIVD in
staat te stellen in toekomstige rapporten tot een oordeel te komen.
Wellicht ten overvloede wil ik hierbij opmerken dat de CTIVD een
onafhankelijke commissie is en dat de regering haar geen opdrachten kan
geven, maar ik zal het verzoek van de Tweede Kamer doorgeleiden aan de
CTIVD.
In het tweede deel van de motie nr. 28 wordt de regering verzocht middels
een internationale vergelijking in kaart te brengen hoe de parlementaire
controle op de inlichtingendiensten versterkt kan worden, zoals – maar
1
Zie CTIVD rapport nr. 35 (2012) inzake de inzet van de afluisterbevoegdheid en
de bevoegdheid tot de selectie van sigint door de AIVD. Kamerstuk 29 924, nr. 86 (bijlage).
kst-33750-VII-39
ISSN 0921 - 7371
’s-Gravenhage 2013
Tweede Kamer, vergaderjaar 2013–2014, 33 750 VII, nr. 39
1
niet beperkt tot – in bijvoorbeeld Duitsland. In de motie nr. 30 wordt de
regering verzocht met een brief te komen met haar visie op de funda-
mentele vraagstukken rondom het werk van onze inlichtingendiensten en
specifiek op de verhouding tussen de overheidsverantwoordelijkheid voor
veiligheid en het recht van burgers op privacy.
De uitvoering van deze beide verzoeken van uw Kamer zal ik betrekken bij
de kabinetsreactie op het rapport van de Evaluatiecommissie Wiv 2002
(Commissie Dessens). Overigens wijs ik erop dat bij eerdere gelegenheid
aan de Tweede Kamer een overzicht van de democratische controle op
inlichtingen-en veiligheidsdiensten in een aantal West-Europese landen,
waaronder Duitsland (bij brief van 14 december 2005; Kamerstuk 29 876,
nr. 8 met bijlage) is gezonden. Waar nodig zal dit worden geactualiseerd.
De Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties,
R.H.A. Plasterk
Tweede Kamer, vergaderjaar 2013–2014, 33 750 VII, nr. 39
2
Zgłoś jeśli naruszono regulamin